Main menu:
Thema's
3. 5000 Jaar Mijnbouw in Zuid-Limburg.
Vuursteenmijnbouw 5300 jaar geleden.
Steenkoolmijnbouw tussen 1890-1975.
Mergelmijnbouw van de Middeleeuwen (14 eeuw) tot nu.
Bezoeklocaties: Vuursteenmijn, Steenkolenmijn, ASP Adventure, Jan Aarts Mergelatelier.
Geologie. Oftewel aardkunde. Men gaat er van uit dat de aarde 5 miljard jaar geleden is ontstaan. Deze leer omvat bijvoorbeeld gebergtevorming, het ontstaan en structuur van gesteentes, onderzoek naar fossiele resten enz.
De mens in het Zuid-Limburgse Landschap
De geologische opbouw van het Zuid-Limburgse landschap biedt de mens vanaf de vroegste tijden tal van mogelijkheden zoals rijke jachtgronden, brongebieden, zonbeschenen hellingen en vruchtbare dalen. Ook vindt men er grondstoffen zoals vuursteen voor gereedschappen en wapens, mergel voor mest- en bouwmateriaal en steenkool dat werd gebruikt voor o.a. verwarmingsdoeleinden.
Mijnbouw. Men spreekt van mijnbouw indien delfstoffen worden onttrokken aan de aarde. Delfstoffen zijn bijvoorbeeld mergel, zand, grind, ertsen, steenkool, edelstenen, goud en zout.
Vuursteenmijnbouw
De geschiedenis van de mijnbouw in Valkenburg gaat terug tot 3300 jaar voor Christus toen op grote schaal vuursteen ondergronds werd gewonnen in Zuid-Limburg.
Vuursteenmijntjes in de Plenkertstraat.
Vuursteen aan de oppervlakte, door mergel omsloten.
Gevelschildering Vuursteenmijn.
Oude Steentijd.
Vuursteen. Meer dan 35.000 jaar geleden verzamelde hier de Neanderthaler al de 'Valkenburgvuursteen'. Ca. 35.000 geleden verdween hij weer uit de geschiedenis.
Einde Oude Steentijd en Midden Steentijd. Aan het einde van de laatste ijstijd bereikte de moderne mens deze streken. Ook hij liet zijn sporen na in de vorm van vuurstenen werktuigen. Tot ca. 12.000 jaar geleden speelde Valkenburgervuursteen een bescheiden rol in het leven van deze jager-verzamelaars.
Daarna, in de Midden Steentijd leefde de mens hier in een bosrijk milieu. Voor de jacht op boswild vervaardigde hij klein gereedschap. De vuurstenen hiervoor vond men aan de oppervlakte en in de bedding van de Geul.
Valkenburg Vuursteen ingeslepen bijl.
Valkenburg Vuursteen Houweeltje gevat in manchet.
Valkenburg Vuursteen Houweel met schachtingskerven.
Nieuwe Steentijd. Ca. 5300 jaar geleden was op deze plek een imponerend centrum van vuursteenwinning. Dit hangt samen met de nieuwe leefgewoonten: mensen gaan zich op één plek vestigen.
Op vele plaatsen in Valkenburg zijn bewijzen van prehistorische vuursteenmijnbouw uit die tijd nog te zien langs de Plenkertstraat, ongeveer een kilometer ten westen van de middeleeuwse stadskern. Op deze plek is de mijnbouw van 5 millennia geleden op ooghoogte waarneembaar: een uniek archeologisch fenomeen.
Uit de Late Bronstijd/Vroegste IJzertijd zijn in Plenkertgebied in het Geuldal restanten gevonden van een nederzetting. Uit die periode zijn werktuigen, aardewerk en houtskool gevonden.
Romeinse tijd. In de Romeinse tijd, vanaf 53 voor Christus, is hier vrij intensieve bewoning.
Economische waarde van Vuursteen. Het belang en de omvang van prehistorische vuursteenwinningen in het Valkenburgse land mogen niet onderschat worden. Naast talrijke mijntjes zijn langs het hele Geuldal vele ateliers voor vuursteenbewerking gevonden. Producten van deze 'industriële activiteiten' van Valkenburgvuursteen zijn gevonden van midden Nederland tot in Luxemburg.
Links: www.vuursteenmijnen.nl/valkenburg en www.vuursteenmijn.nl
De geschiedenis van de Kalksteen (mergel) winning.
In de Middeleeuwen is de ondergrondse kalksteenwinning tot bloei gekomen in de kalksteengroeven van onder meer Valkenburg. Ook nu nog vindt in Sibbe bij Valkenburg mergelwinning plaats voor bouwsteen. Op het eind van de 19e eeuw verplaatst de kalksteenwinning voor meststoffen en cement zich naar dagbouwgroeven zoals nu nog gebeurt in de ENCI-groeve te Maastricht.
Mergel
In de flanken van het Geuldal in en rond het stadje Valkenburg komt kalksteen, hier ‘mergel’ genoemd, aan de oppervlakte. Mergel zoals het in Zuid-Limburg gebruikt wordt is kalksteen en bestaat voor 96% uit kalk en voor de resterende 4% uit sporenelementen zoals ijzeroxiden. Deze mergel is een sedimentatiegesteente. Dat wil zeggen dat de mergel in laagjes is gevormd op de bodem van een ondiepe subtropische zee, ongeveer zoals de Waddenzee nu is.
Mergelhelling in de Oosterweg.
Restauratie van de Geulkades.
Gerestaureerde pinakel.
In deze zee leefden vele kleine diertjes met een kalkskelet. Als deze dood gingen, zakten de diertjes naar de bodem waar alleen het kalkskelet overbleef. Door de grote hoeveelheid skeletjes werd het een dik pakket dat stevig samengedrukt werd. Zo is de mergel ontstaan.
Economische waarde van Mergel. Ook nu nog wordt gemalen mergel als mestmateriaal gebruikt. Was de mergel vroeger een goedkoop bouwmateriaal, want dicht bij huis te delven. Tegenwoordig is mergel als bouwmateriaal veel duurder dan baksteen.
Links: www.mergelgroeven.nl en www.mergelbouwsteen.nl
Sibbergroeve, ingang.
Eerst wordt het kopstuk er af gehaald.
Lange zaagsnede.
Omlaten stoel.
Ondergronds transport.
Restauratie werkplaats.
Steenkool
Deze is ontstaan in het Carboontijdperk. Dit is Circa 300 miljoen jaren geleden en dit tijdperk duurde 80 miljoen jaren. Heel Europa was toen een groot oerwoud en de planten en bomen gedijden goed. Door bodemdalingen kwamen deze in het water te staan en vielen om. Deklagen kwamen er over heen en door druk, tijd en warmte ontstond de steenkool. Er kwam geen zuurstof bij en daardoor konden deze niet rotten en werden als het ware ingeblikt.
In volgorde ontstaat Hoogveen cq laagveen. Hoogveen ontstaat boven de zeespiegel in vennen. Laagveen ontstaat onder de zeespiegel in grondwater. De hardheid loopt op via Turf, Bruinkool, Steenkool naar Grafiet. Bij meer druk en hogere temperatuur en als er sprake is van vulkanisme dan ontstaat diamant. Dan spreken wij van edelsteen, dat is tevens het hardste materiaal op aarde.
Economische waarde van steenkool
Wordt voor verschillende doeleinden gebruikt. Voor huisverwarming, in hoogovens, voor gasbereiding en bij het vervaardigen van chemische producten
Links: www.deMijnen.nl en Werkgroep Informatie Mijnbouw
Mijnwerker bij het winnen van steenkool in de mijn.
De geschiedenis van de steenkoolmijnbouw.
Vanaf de 12e eeuw vond er op kleine schaal steenkoolwinning plaats in het Wormdal nabij de Abdij Rolduc in het huidige Kerkrade; vanaf de 19e eeuw verschenen er grootschalige steenkolenmijnen en bruinkolenmijnen in Limburg. Deze mijnen waren deels in particulier bezit en deels eigendom van de Staat. Voor de exploitatie van de steenkoolmijnen richtte de Staat het bedrijf Staatsmijnen in Limburg op, later DSM geheten, met de mijnen Maurits, Emma, Wilhelmina, Hendrik en Beatrix.
Tot circa 1960 was er grote vraag naar steenkool en groeide de mijnstreek uit tot een van de welvarendste gebieden van Nederland; tijdens de periode van wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog produceerden de mijnen op topcapaciteit om aan de binnenlandse vraag te kunnen voldoen. Na 1960 daalde de vraag naar kolen, onder meer doordat stoommachines en stoomtreinen steeds vaker werden vervangen door motoren op elektriciteit, olie en het ook in Nederland gewonnen aardgas. Dit, en de relatief hoge arbeidskosten in Nederland, zorgden voor een neergang in de mijnbouw. De laatste mijn werd in 1974 gesloten. DSM ging door in de petrochemie en werd later geprivatiseerd.
Excursies met rondleiding in de Steenkolenmijn door ex koempel (mijnwerker).